Piketpaaltjes 143

Windmolenpark Urk (fotograaf: Richard Oost)zaterdag 31 oktober 2009 19:01

Vechten voor windmolens - Moeten we wel zo nodig - Koopzondagen - Alweer behoor ik tot een minderheid - Wie is onze vader; Drees of Mao?

Vechten voor windmolens
Zijn ze nou helemaal van de pot gepleurd’, is een Rotterdamse uitdrukking die scherp het ongepaste aangeeft van wat het GroenFront voor ogen staat. Deze milieuactiegroep wil op zondag 15 november op Urk een landelijke demonstratie organiseren om zo te laten zien dat er in Nederland ook veel voorstanders van windenergie zijn. 

Om twee redenen is dit een domme actie. De eerste is de implicatie dat de Urkers en bloc tegen windenergie zijn. Ze zijn wel tegen een megawindmolenpark waarvan zij menen, dat het beschermde dorpskarakter van hun eiland erdoor wordt aangetast. De tweede reden is dat het van ongehoorde stommiteit getuigt om te proberen de Urkers tot voorstanders van het windmolenpark om te bouwen, door de zondagsrust op het eiland te verstoren met een landelijke demonstratie. Het is een demonstratie van minachting voor de geloofsovertuigingen van mensen welke, op zichzelf genomen, niets te maken hebben met de vraag of iemand voor of tegen dat windmolenpark voor de kust is. 

Volgens een woordvoerder is niet expres voor de zondag gekozen om te provoceren, maar omdat op die dag de meeste actievoerders komen opdagen[1]. Kijk, dat is nu typisch iets voor de achterbannen van deze clubs. ‘Wij zijn bereid te vechten tot de laatste druppel bloed van onze tegenstanders, maar wel op een vrije dag, want om er een verlofdag voor op te nemen is toch echt teveel gevraagd.’ 

Het lijkt zinvoller als het GroenFront zich hard zou maken voor onderzoek dat onomstotelijk moet aantonen, dat de opwekking van energie door windmolens daadwerkelijk zo milieuvriendelijk, energiebesparend en duurzaam is als men graag doet voorkomen. Daarbij moeten dan alle (milieu- en energie-)kosten die gemaakt worden voordat een windmolen 1 watt aan energie heeft geproduceerd in de berekening worden meegenomen. Adjiedj Bakas bijvoorbeeld, mijn favoriete trendwatcher, stelt boudweg dat windmolens alleen rendabel zijn vanwege de subsidie die er tegenaan wordt gegooid.

 

Moeten we wel zo nodig
Culturele Hoofdstad van Europa willen worden? In City Journal[2] staat een artikel over dit onderwerp dat te denken geeft. Aan de hand van de voorbeelden Liverpool en Istanbul wordt aangegeven dat de economische voordelen op langere termijn die deze titel met zich brengt zwaar overdreven worden, de werkgelegenheid die het oplevert meestal tijdelijke banen op laag niveau betreft, de kloof tussen welgestelden en armen zeker niet verkleind wordt en dat, in plaats van een verrijking van de cultuur er eerder sprake is van verlies van bestaande lokale cultuur. 

Redenen genoeg dus om nog eens goed na te denken over de vraag of wij kans zien zo’n project beter op te zetten dan veel van onze voorgangers. Met de aanwijzing als Culturele Hoofdstad krijgen we weliswaar de mogelijkheid om de typische cultuur van een New Town op de kaart van een Europa te zetten, maar geen wondermiddel om problemen mee op te lossen.

 

Koopzondagen
Ik citeer een berichtje op de website van Omroep Flevoland: “Bataviastad en de winkels in het stadshart van Almere kunnen elke zondag open blijven. Een meerderheid van de Tweede Kamer wil optreden tegen steden waar het elke week koopzondag is, maar de regels die zij daarvoor opstellen zijn eenvoudig te omzeilen. Zo blijft de beslissing over het aantal koopzondagen per jaar aan de gemeenteraad. De enige nieuwe eis is dat het besluit beter moet worden beargumenteerd. Zo moet worden aangetoond dat er sprake is van toerisme en moeten de gevolgen voor leefbaarheid, zondagsrust en werkgelegenheid goed op een rij worden gezet”

Zo doen wij dat dus in Nederland; wij houden mensen die hier willen komen leven voor dat ze zich moeten integreren in een rechtsstaat en tegelijk stimuleren wij bestuurders om wetten te omzeilen. Hoewel wij als Nederlanders trots (mogen) zijn op onze rechtsstaat, zouden we het niet bon-TON vinden, om in de witte baan van onze vlag de spreuk ‘regels zijn regels’ op te nemen. Maar daarmee beschouwen we regels nog niet als paaltjes waar de honden tegenaan mogen plassen. Het is gevaarlijk om bestuurders aan te zetten zich als honden te gedragen.

 

 

Alweer behoor ik tot een minderheid
Veel Nederlanders zijn naïef over de bescherming van hun privacy, vindt Peter Hustinx[3], sinds 2004 de eerste EU-privacy toezichthouder. Terwijl in andere EU-landen de bezorgdheid is toegenomen tot 80 à 90 procent van de ondervraagde bevolking, is die alleen in Nederland juist drastisch gedaald van 50 naar slechts 35 procent.

Van elke burger zijn vele gegevens vastgelegd bij diens bank, arts, internetbedrijf, ov-chip of de auto. “Nederlanders denken vaak dat het niet uitmaakt, omdat ze niets te verbergen hebben’’, zegt Hustinx, “Maar dat is niet de vraag. Het gaat erom of we de techniek zo inrichten dat die goed werkt, zonder lekken en fouten”. Dat is nu niet het geval.Om dat te illustreren wijst hij op de biometrische gegevens in paspoorten. Bij 2 à 3 procent van die gegevens gaat iets mis, met persoonsverwisselingen en andere misverstanden als gevolg.

Hustinx weet niet waarom Nederlanders als enige EU-inwoners een groeiend vertrouwen hebben in de bescherming van hun gegevens. Hij vermoedt dat het komt omdat het politieke debat over dit onderwerp in Nederland verschraald is. Hij noemt als voorbeeld het besluit tot de invoering van het elektronisch medisch dossier. De beeldvorming over de gegevensbescherming verliep rommelig en hij vindt het een veeg teken dat vooral artsen[4] weigeren mee te werken.

Als ChristenUnie hebben wij een natuurlijk wantrouwen tegen organisaties en mensen die alles van ons (willen) weten, want wij geloven dat die kennis alleen bij God veilig is en dat alle mensen geneigd zullen zijn die wetenschap te misbruiken. In de gemeenteraad hebben wij er daarom meermalen aandacht voor gevraagd. We willen ons niet laten afschepen met de reacties van de burgemeester. Die komen er steeds op neer, dat er regels zijn voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en dat de gemeente zich (dus) daaraan houdt. Het was daarom een stap vooruit dat het ons lukte de bescherming van de privacy als een onderdeel van het veiligheidsbeleid aangemerkt te krijgen.

Deze week, bij de bespreking van de Boardletter[5] van de accountant hebben wij de vraag gesteld of die privacybescherming ook iets is waar zij op controleren, maar dat blijkt niet het geval te zijn. Meneer Vincent van der Velde van Leefbaar Almere, die iets met Rekenkamers heeft, stelde voor dat we het konden aanmelden als onderwerp voor een onderzoek van de Rekenkamer. Dat kan en dat zullen we ook doen, maar de Rekenkamer moet altijd kiezen uit een lijst met voordrachten en je zult altijd zien dat onderwerpen die te maken hebben met geld een hogere prioriteit krijgen.

Wij vinden het zo langzamerhand tijd om na te denken over een wettelijke verplichting voor alle (overheids) organisaties om periodiek een extern onderzoek te laten uitvoeren door gecertificeerde deskundigen naar de wijze waarop de privacywetgeving in hun organisatie is geïntegreerd en wordt uitgevoerd. We kunnen niet terug naar een maatschappij zonder ICT, maar het is belachelijk als we geen enkele inzet tonen om misbruik te voorkomen of in te dammen. “Ja, maar dat kost geld”, hoor ik al roepen. Vast wel, maar denk eens aan de werkgelegenheid die het zal creëren en, nog beter, aan het vertrouwen bij de Nederlanders dat dan niet langer op onnozelheid gebaseerd zal zijn.

 

Wie is onze vader; Drees of Mao?
Er is een titanenstrijd gaande tussen de PvdA en de SP over de vraag wie zich de ware erfgenaam van Willem Drees[6] mag noemen. “Wij!”, roept de SP en ‘bewijst’ dat door een bos bloemen en een spandoek met “65 blijft 65” om zijn standbeeld te draperen, terwijl Agnes Kant de PvdA oproept zijn erfenis niet bij het grofvuil te zetten.
De PvdA pikt zoiets niet en hun Jonge Socialisten verwijderen demonstratief de eerbewijzen van de SP aan Drees. Hun voorzitter, Mohammed Mohandis, wijst erop dat Drees zelf al aangaf dat de ingangsleeftijd van de AOW op lange termijn mee zou moeten stijgen met de leeftijdsverwachting en verder is zijn standpunt: “De AOW was van ons, is van ons en blijft van ons. Bij de SP moeten ze daarom met hun tengels afblijven van onze Drees. Wij komen toch ook niet aan hun Mao?’’
Kijk, dat noem ik nu schieten met scherp en ROOD, de jongerenafdeling van de SP toont zich dan ook geraakt bij monde van hun jongerenvoorzitter, Eva Gerrebrands. Zij steekt als antwoord op dit salvo opnieuw bloemen in het knoopsgat van Drees en hangt weer een spandoek om zijn vaderlijke schouders en spreekt van een “ruwe ontering’’ van Drees door de PvdA-jeugd. Als de klein- en achterkleinzoon van Drees vertellen dat de opschaling van de AOW-leeftijd in de geest van hun voorouder is, toont ze zich niet onder de indruk: “Ik geloof het gewoon niet, dat Drees dit gewild zou hebben.’’
En de PvdA-opmerking over Mao? Daar moet ze hartelijk om lachen. “Een leuke vondst, dat wel.’’ SP-Kamerlid Paul Ulenbelt, gaat nog een stap verder: “De WAO, die kennen we. Maar de MAO? Nee, sorry.’’ [7]

Dit is verontrustend. Als je het mij vraagt moet de SP zich drukker maken over de ‘staat van ontkenning’ waarin de partij blijkbaar zelf verkeert, dan dat ze vorig jaar deed over de documentaire met die titel[8].  Als ik Ulenbelt moet geloven is de SP helemaal losgeslagen van zijn roots. Dat ze Mao niet graag terugzien in een discussie over de WAO is overigens wel begrijpelijk, want in zijn tijd konden 65-plussers net zo gemakkelijk in dwangarbeiderskampen worden gestopt als wie dan ook. Dan liever nazaat van Drees, ook al had hij niet veel op met democratisch centralisme.



  Jelte Huizenga 


[1] OF 22-10-09

[2] Vakblad  voor de stedelijke praktijk, oktober 2009. Artikel: ‘Meer realistische kijk op Culturele Hoofdstad van Europa noodzakelijk

[3] ND 27-10-09

[4] Zelf vraag ik me af of de weerstand in de medische wereld misschien ook nog een andere oorzaak kan hebben. Je verspreidt namelijk niet alleen hoogst private gegevens van mensen maar ook gegevens over behandelingen die op beroepsfouten zouden kunnen wijzen.

[5] De Boardletter is het verslag van de interimcontrole van de gemeentelijke financiën.

[6] Willem Drees was jarenlang premier, PvdA-leider en met zijn Noodwet Drees de grondlegger van de huidige AOW, die echter niet zijn product, maar dat van minister J.G. Suurhoff in 1956 was.

[7] ND 27-10-09

[8] Deze draaide om vier vermeende leugens van de Nederlandse staat: over koningin Wilhelmina’s onbekendheid met de jodenvernietiging, over de Politionele Acties, over de massamoord in Srebrenica, en over de inval in Irak in 2003. Het was volgens documentairemaker Van Gennep zelf “een hele mooie, misschien wat demagogisch gemonteerde film.”

« Terug

Archief > 2009 > oktober

Geen berichten gevonden